Commissarissen zijn de hoofdrolspelers in een beloningsdiscussie. Verschillende partijen uiten forse kritiek op de beloningen van commissarissen. Wat is een gepaste beloning?

De beloning van commissarissen stijgt gemiddeld ongeveer 6 procent per jaar. Willemijn Maas, commissaris van onder meer Havenbedrijf Amsterdam, en Hein Haenen, associate partner van Focus Orange, begrijpen de verhoging. ‘Mede onder invloed van de code is de rol en taak van de raad van commissarissen sterk opgewaardeerd. De afstandelijke betrokkenheid van weleer is allang vervlogen. Wij verwachten nu een actieve bemoeienis, een hogere vergaderfrequentie, meer werk in commissies, veel meer informele contacten en afstemming met stakeholders en zeker voor de voorzitter van de rvc regelmatig een publieke rol naar buiten toe.’

Zie ook: Commissaris onder druk: tijd voor certificering?

Maas en Haenen zien dat bedrijven te veel naar andere bedrijven kijken om hun beloningsbeleid te bepalen. ‘Het mikken op de mediaan van zo’n ‘peer group’ leidt gemakkelijk tot een haasje-over-effect, zoals we dat sinds de jaren negentig ook in de beloning van ondernemingsbestuurders hebben gezien. Aandeelhouders vragen terecht een betere en meer specifieke onderbouwing.’

‘De vraag is welke beloningsvisie deze onderneming past’, vervolgt het tweetal. ‘Dat hangt af van de missie van de onderneming, van haar proposities aan klanten, medewerkers en aandeelhouders, en van de onderliggende ondernemingscultuur. Niet de markt, maar de identiteit van de onderneming bepaalt hoe zij beloont. Die beloningsvisie zal voor een maatschappelijke geëngageerde onderneming anders zijn dan voor een sterk transactiegedreven onderneming en daar kunnen heel verschillende beloningsniveaus bij horen.’

Verantwoordelijkheid x tijdsbesteding
Consequent beleid is key volgens Maas en Haenen. ‘De gepaste beloning op het hoogste niveau van verantwoordelijkheid maal de tijdsbesteding zou voor elke onderneming de basis moeten zijn voor haar beloningsbeleid van commissarissen. Als dat uitgangspunt op ieder verantwoordelijkheidsniveau consequent wordt toegepast, voor commissarissen en bestuurders net zo goed als voor managers en medewerkers, dan levert dat de interne consistentie op die de corporate governance voorschrijft als uitgangspunt van het beloningsbeleid en die medewerkers mogen verwachten.’